Augustinus en het Verlangen



Wanneer ik me afvraag wat bij Augustinus de basis is van de religieuze inspiratie, dan zoek ik dat allereerst in het verlangen. Hij beschrijft zichzelf niet zozeer als iemand die denkt, maar vooral als iemand die verlangt. Dat is wat ik van hem heb begrepen en wat mij aanspreekt. Er is een affectief element in zijn benadering van de mens en van zijn religieuze bestemming. Het gaat vooral om het hart.

Toch kun je niet zeggen dat Augustinus geen denker is. Maar voor hem heeft kennen steeds een affectieve betekenis. Ook het hart blijkt te kunnen denken. Kennen is ook beminnen. En daarbij speelt het verlangen een rol. De puur intellectuele bespiegeling, zoals wij die in de filosofie en ook in de theologie kennen, is niet bij hem aanwezig.

Zijn denken staat in het teken van het verlangen, de hartstocht, de liefde.